Als God bestaat, waarom grijpt Hij niet in? Waarom laat Hij de ene na de andere ramp gebeuren? Waarom laat Hij mensen de vernieling in gaan? Deze waaromvragen zijn met talloze te vermenigvuldigen. Dergelijke vragen brengen mensen tot de conclusie dat er geen almachtige of goede God bestaat.
- Een goede God zou nooit hebben gewild dat er zoveel ellende in de wereld is.
- Een almachtige God zou het kwaad kunnen tegenhouden en het lijden voorkomen.
Oog in oog met zoveel lijden concluderen mensen dat een goede, liefdevolle, almachtige God niet bestaat. Maar wat lost dat eigenlijk op? Wat is het alternatief? Helpt het te weten dat de sterren ons lot bepalen? Of dat we geregeerd worden door een monsterachtig kwaad, dat willekeurig toeslaat?
Iemand sprak eens naar aanleiding van de vernietigingskampen: nu kan ik niet meer in God geloven. Maar een ander die zo'n kamp had overleefd, corrigeerde deze opmerking met: nu kan ik niet meer niet in God geloven. Want wie moet anders het kwaad uit de wereld helpen?
De Bijbel bevat ook waaromvragen. En ze komt niet met eenvoudige oplossingen. Het kwaad en het lijden blijven vragen oproepen. In de Bijbel komen genoeg mensen aan het woord die ermee hebben geworsteld. Maar het uitgangspunt is voortdurend dat God liefdevol, goed en almachtig is. En dat Hij het kwaad de baas is. Van mensen uit gezien is dat onbegrijpelijk. De Bijbel houdt liever de raadsels van God dan de verklaringen van mensen.
De oorzaak van het kwaad en het lijden wordt niet in God gezocht. Maar het kwaad wordt aangewezen in de mens. Stel dat God in een mum van tijd al het kwaad uit de wereld zou verwijderen. Wat zou er dan van onszelf overblijven? Immers, wie van ons is vrij van kwaad? Het kwaad speelt in ieder mensenleven een rol.
Ook wordt in de Bijbel de invloed aangewezen van kwade machten. Onder leiding van een afgevallen engel oefenen die achter de coulissen van de dagelijkse werkelijkheid een krachtige invloed uit. Achter het kwaad in mensen schuilt een macht die haat koestert tegen God. Deze kwade macht heeft alles te maken met het kwaad en het lijden. Er is een oorlog gaande tussen goed en kwaad. Tussen God en de satan.
God is goed!
God is goed, het ligt niet aan Hem. Hij heeft het kwaad niet gemaakt, noch de ellende die het veroorzaakt. Hij heeft de wereld goed gemaakt. Toen God de mens schiep zei Hij dat tegen Hem kiezen kwaad betekende, en ook de dood zou meebrengen. Mensen hebben hun van oorsprong vrije wil gebruikt om tegen God in te gaan, Hem te negeren, en de band met Hem te verbreken. Zo is de vernietigende macht in de wereld gekomen, met alle verwoestende gevolgen van dien. God heeft het kwaad niet gewild, maar Hij maakt er wel gebruik van. Hij kan mensen tot inkeer brengen door hen over te geven aan de kwalijke gevolgen van hun gedrag. Soms kunnen ook de goeden onder de kwaden moeten lijden. Lijden heeft bij mensen zelfs eigenschappen ontwikkeld die er anders nooit uit gekomen zouden zijn: moed, uithoudingsvermogen, opoffering, bewogenheid.
God is woedend!
Na de keuze van de mens tegen God, ligt de wereld ook onder de vloek van God. God is woedend over de zonde, hij is gekrenkt in zijn liefde. Dus naast een liefdevolle en scheppende God kennen we God ook als een straffende en oordelende God. De vloek van God is een activiteit van God, de achterliggende reden is natuurlijk de val in zonde die we zelf hebben gezocht Wij zijn dus verantwoordelijkheid en hebben Gods vloek over ons afgeroepen.
De Bijbel leert dat het lijden God nooit koud laat. Hij doet er zelf ook wat aan!
God grijpt wel degelijk in!
Als je de bijbel goed leest, dan zie je dat God wel degelijk ingrijpt. Hij laat ons niet aan ons eigen lot over… Hij waarschuwt ons aan een stuk door. Daarmee wordt de schuld van de mens alleen maar helderder. Een paar voorbeelden: God waarschuwde Adam (en Eva). God waarschuwde Kaïn voor de moord op Abel. Jezus waarschuwde de Farizeeën. Paulus laat zien dat, omdat mensen enig besef van goed hebben, de mens gewaarschuwd is, al wel niet luisterend naar God, maar hij kan luisteren naar de geschiedenis van het kwaad.
Als de mens een ingrijpende God wil, omdat de waarschuwende God niet genoeg is, berooft de mens zichzelf van verantwoordelijkheid en daarmee van zijn mensheid, want het eigene van de mens is: antwoorden op God en beantwoorden aan God. Het mooiste van de geschapen mens is dat hij een verantwoordelijk wezen is!!
De woede over de zonde is bij God wel afgewenteld op zijn eigen Zoon. Hij is naar de mensen toegekomen, met al hun ellende en verdriet. Hij heeft het zich zo sterk aangetrokken, dat Hij Zijn Zoon naar de wereld gestuurd heeft: Jezus Christus. Die werd mens als andere mensen. Hij was bekend met honger, dorst, angst en wanhoop. Hij werd gemarteld en eindigde Zijn leven met de waaromvraag op zijn lippen.
God is betrokken!
Het lijden is God dus niet vreemd. Hij is er hoogst persoonlijk bij betrokken en doorheen gegaan. Hij onderging alle ellende sterker dan ooit iemand het zou ondervinden. Jezus onderging het als Zoon van God en als volkomen onschuldig mens. Volgens de Bijbel heeft Hij door zijn onuitsprekelijk lijden het kwaad bij de wortel aangepakt. Hij deed dit door uitsluitend het goede er tegenover te stellen. Jezus heeft al het kwaad van de wereld gedragen. Hij ging eronder gebukt en Hij is er kapot aan gegaan. Wonderlijk genoeg, niet als slachtoffer, maar als Redder. Dat maakte Hij duidelijk door zijn laatste woorden: het is volbracht! En nog duidelijker door zelfs uit de dood op te staan. Daarmee liet Hij zien dat het kwaad en het lijden niet het laatste woord hebben. En dat er een nieuwe wereld komt waar moeite en verdriet voorgoed zijn uitgebannen.
God is Redder!
Deze overwinning van Jezus Christus op de dood heeft houvast gegeven aan talloze christenen. Vooral bij hen die in de loop van de eeuwen hebben geleden en als martelaar zijn gestorven. Het probleem van kwaad en het lijden kunnen wij niet oplossen. Ieder mens worstelt ermee, ook in de Bijbel. Maar in Christus Jezus wordt wel een antwoord gegeven. Christenen geloven dus dat God intens betrokken is bij het lijden. Hij is niet ongevoelig voor het lijden, maar Hij gaat er ook niet aan onderdoor. Hij staat er hoe dan ook boven, als de Levende God, die op weg is naar een nieuwe wereld zonder rampen, zonder pijn en moeite en zonder dood. God zal hoogstpersoonlijk alle tranen drogen.
Ben Visser, 2006